Standaarden
Interoperabiliteit tussen de diverse actoren binnen de gezondheidszorg kan pas worden gerealiseerd wanneer duidelijke afspraken gemaakt worden. Afhankelijk van de graad van interoperabiliteit die nagestreefd wordt, dienen afspraken te worden gemaakt over de regels voor gegevensuitwisselingen, de algemene architectuur van het uitwisselingssysteem, de uitgewisselde berichten, de structuur van medische documenten en de codificatie van informatie.
Sinds geruime tijd worden in België standaardisatie-initiatieven ondernomen en projecten opgezet. Hieronder volgt een beknopt en niet-exhaustief overzicht van de standaarden die in meer of mindere mate gebruikt worden in de Belgische gezondheidszorg.
De wetgever heeft aan het eHealth-platform de opdracht meegegeven om nuttige, ICT-gerelateerde functionele en technische standaarden vast te stellen om de elektronische gegevensuitwisseling in de gezondheidszorg te ondersteunen. Deze standaarden zullen verder bouwen op de reeds gebruikte, hieronder vermelde standaarden en zullen worden vastgelegd in nauw overleg met de onderscheiden actoren in de gezondheidszorg. De standaarden die het eHealth-platform zal vastleggen, betreffen enkel de ICT-aspecten en niet de inhoudelijke aspecten van de gezondheidzorg.
Communicatiestandaarden
Voor de communicatie tussen zorgsystemen en de definiëring van communicatieberichten wordt de in België ontwikkelde communicatiestandaard Kmehr (Kind messages for Electronic Healthcare Record) gebruikt.
Naar de website over deze standaard
Patientsummary - Sumehr
Voor het opstellen van een patient summary wordt in België gebruik gemaakt van de Belgische standaard Sumehr (Summarized Electronic Health Record). Sumehr is een Kmehr-gebaseerde standaard waarin de minimale set aan gegevens wordt bepaald die een arts nodig heeft om zicht te krijgen op de medische toestand van een patiënt.
Codificatiestandaarden
De gebruikte codificatiestandaarden zijn sterk afhankelijk van de diverse t oepassingsdomeinen. Voor rapporterings- en statistiekdoeleinden wordt in België voornamelijk gebruik gemaakt van het internationale WHO-codificatiesysteem ICD (International Classification of Diseases). Afhankelijk van de te rapporteren gegevens wordt zowel gebruik gemaakt van ICD-9 als ICD-10.
Een aantal gezondheidszorgdomeinen of gebruikersgroepen werken met codificatiesystemen die van ICD-10 zijn afgeleid. Voorbeelden hiervan zijn ICD-O (International Classification of Diseases for Oncology) die gebruikt wordt door het Kankerregister. ICPC-2 (International Classification of Primary Care) is een codering die specifiek is voor de huisartsgeneeskunde. Ook de Belgische thesaurus, gebaseerd op de IBUI (Identificateur Belge Unique / Belgische Unieke Identificator), vertrekt vanuit de ICD-10- en ICPC-2-codificatie.
De eerder aangehaalde standaarden zijn vrij generiek van opzet.
Specifieke standaarden
Specifieke domeinen binnen de gezondheidszorg beschikken over eigen (technische) standaarden en codificatiesystemen.
DICOM (Digital Imaging and Communications in Medicine) is een voorbeeld van een technische standaard ontwikkeld voor de opslag, beheer en communicatie van medische beelden.
Domeinspecifieke codificatiestandaarden zijn bijvoorbeeld ICF (International Classification of Functioning, Disability and Health) voor onder andere kinesitherapie of Loinc (Logical Observation Identifiers Names and Codes) voor de codificatie van laboresultaten.